Veiligheid.

In onze hobbyruimte gebruiken we apparaten en materialen die vaak een gevaar opleveren waar we niet bewust van zijn.Neem bijvoorbeeld het boormachine of handfrees, wie zet daar de veiligheidsbril op en gebruikt het juiste klemgereedschap?

Hieronder som ik enkele voorschriften op zoals die op mijn werk gelden voor stoffen en processen waar wij ook me werken.

Werken met epoxyharsen -harders.

Gebruik en eigenschappen

Epoxy-formuleringen worden veel gebruikt in lijmen, in lakken en als giethars. De toepassing berust op het kort voor het gebruik samenvoegen van twee componenten, die vervolgens met elkaar reageren (soms pas bij een verhoogde tempratuur), zodat een stevige verbinding ontstaat. Epoxy-formuleringen bevatten een hars en een harder. De hars bevat de epoxy-component.

Gevaren voor de gezondheid.

Bij het werken met epoxy-formuleringen kunnen er in de eerste plaats effecten op de huid optreden, vooral aan de handen doch ook in het gelaat.
Verder kan prikkeling van de slijmvliezen van ogen en luchtwegen optreden en komt er een enkele keer een astmatische (allergische) reactie voor.
Er is tussen de irriterende en allergische reactie een belangrijk praktisch verschil: in het geval van een chemische prikkeling betekent een voorzichtiger werkwijze meestal dat de reactie niet meer optreedt. Bij een allergie helpt dit niet meer, enig huidcontact blijft immers bestaan.
Een zorgvuldige werkwijze doet natuurlijk wel de kans op het ontstaan van een overgevoeligheid afnemen.

Maatregelen voor een veilig gebruik.

Voor het gebruik van epoxy-harsen en -harders zijn een aantal veiligheidsmaatregelen van toepassing:- Lees het etiket voordat je de epoxy-harsen en harders gebruikt.

R-42: kan overgevoeligheid veroorzaken bij inademing of contact met de huid.

 

Werken met lijmen (Cyanoacrylaat)

Gebruik en eigenschappen.

Lijmen op cyanoacrylaatbasis bestaan uit methyl-2-cyanoacrylaat.In contact met een niet geheel watervrij oppervlak polymeriseert (verhard) deze lijm in zeer kort tijd tot een sterk hechtende vaste stof.

Gevaren voor de gezondheid.

De lijm zal reeds polymeriseren op een oppervlak dat bedekt is met een uiterst dun laagje water, dus ook op de huid.
Bij het verwijderen van de lijm van de huid kan deze beschadigd worden.
De damp van de niet uitgeharde stof werkt sterk traanverwekkend en is irriterende voor alle slijmvliezen.
Het vlampunt bedraagt ca. 80º zodat het brandgevaar gering is.
Als de lijm eenmaal brandt, wordt de verbranding wel onderhouden.

Maatregelen voor een veilig gebruik.

Op het flesje moet de volgende waarschuwing zijn aangebracht: Cyanoacrylaat Gevaarlijk!
Kleeft binnen enkele seconden huid en oogleden aan elkaar.
Buiten bereik van kinderen houden.
De lijm alleen gebruiken in een polyetheen flesje met bijbehorende spuitdopje.
Bij het uitsmeren eventueel gebruik maken van een polytheen spateltje, handschoenen en veiligheidsbril.
Contact van de damp met ogen en slijmvliezen vermijden.
Met deze lijm mag alleen worden gewerkt in goed geventileerde ruimten.
Deze lijm mag niet gebruikt worden in onmiddellijke nabijheid van open vuur of warmtestralende oppervlakken.

Zachtsoldeer

Gebruik en eigenschappen.

Bij het zacht solderen worden twee metalen, met behulp van een bij lage tempratuur smeltend soldeermiddel, met elkaar verbonden.
Hierbij is een vloeimiddel nodig om de vloeiing van het betreffende soldeermiddel te bevorderen en de te verbinden oppervlakken vrij van aanslag te houden.
Het vloeimiddel kan apart worden opgebracht of in de soldeerdraad verwerkt zijn.

Gevaren voor de gezondheid.

Soldeer:

Meestal gaat het om een lood/tin verbinding. De samenstelling is zo gekozen dat het smeltpunt laag ligt (omstreeks 185º). De soldeertempratuur ligt meestal tussen 250 en 350º C.
Bij deze tempraturen zijn slechts minimale hoeveelheden lood in de lucht aantoonbaar bij de punt van de soldeerbout of in de ademhalingszone.
Bij tempraturen boven de 500º C is wat meer looddamp te verwachten.
Indien op soldeerbaden een oxidevorming optreedt, bestaat de kans op verspreiding van loodoxide in de lucht, speciaal bij het verwijderen van de loodoxide laag.
Cadmium in een soldeerlegering is verboden.

Vloeimiddel:

Is meestal een oplossing van colofonium in een alcoholachtig oplosmiddel met toevoegingen van zogenaamde activatoren.
Colofonium is een hars afkomstig uit het sap van dennenbomen.
Bij ontleding daarvan tijdens het solderen ontstaan schadelijke ontledingsprodukten. Deze ontledingsprodukten hebben de volgende uitwerkingen op de mens:

Maatregelen voor een veilig gebruik.

Hoewel met een aantal giftige stoffen wordt gewerkt, geeft solderen in de praktijk slechts aanleiding tot incidentele problemen. Er worden geen maatregelen voor veilig gebruik getroffen .
In het algemeen geldt dus dat je met een beetje voorzichtigheid best veilig kunt werken met lijmen en andere materialen.
Gebruik vooral je verstand en gebruik het materiaal alleen daarvoor waarvoor zo ook bedoeld zijn.

André Bouwens