Een servo voorzien van een ander aansluitkabel.

Het komt zelden voor dat je een servo hebt die voorzien is van een aansluitkabel die niet voor je eigen ontvanger is. Toch heeft elk merk zijn eigen stekkers. Vaker komt dit voor bij vaarregelaars, koop je een bouwpakket dan moet je vaak de aansluitkabel voor de ontvanger zelf er aan solderen.

Om je hierbij een beetje te helpen zijn in onderstaand schema de verschillende stekkers en hun bij behorende codering weergegeven.

N = puls kabel     + = plus kabel       - = min kabel

Graupner / JR versie

( is gelijk aan de nieuwe Acoms stekkers )

Bruin is de min, rood is de plus en oranje is de puls kabel. Bij Acoms is de puls kabel slecht te onderscheiden van de plus kabel, hij zit aan de buitenkant en is iets lichter dan de pluskabel.

Futaba

Zwart is de min kabel, rood de plus kabel en wit de puls kabel.

Multiplex

Zwart is de min kabel, rood de plus kabel en de gele is de puls kabel.

Robbe

Zwart is ook hier de min kabel , rood de plus kabel en wit is de puls kabel.

Microprop

Zwart is de min kabel, de rode is de plus kabel en paars is de puls kabel.

 

Simprop

Blauw is de min kabel, rood de plus kabel en zwart is de puls kabel. (controleer met een ohm meter of de blauwe en de zwarte niet omgewisseld zijn.

 

Bij het vervangen van een kabel met stekker moet je met het volgende rekening houden.

1- Knip de kabel van de servo in het midden door, je houdt hierdoor aan beide zijden genoeg lengte over om een nieuwe kabel of de oude stekker aan een servo of vaarregelaar te solderen.

2- Zorg dat je voor het solderen de kabels al voorzien hebt van krimpkous. Dit is een speciaal stukje kunststof wat je in verschillende diameters kunt krijgen. Zodra je dit warm maakt zal de diameter kleiner worden vast gaan zitten op de kabel.Als je dit dus doet op de soldeer plaats is deze direct en volledig geïsoleerd.

3- Gebruik je de oude stekker niet meer, vraag dan aan je collega modelbouwer of hij deze stekker kan gebruiken.

Ook de aansluitkabels van oude servo’s die niet meer werken kun je gebruiken als vervanger. Indien je de oude stekker niet wilt verwijderen kun je ook een verloop kabel maken. Dit is vooral interessant als je diverse zendinstallatie’s hebt van verschillende merken.

De makkelijkste manier om deze kabels aan elkaar te solderen is als volgt,

1- vertin de blanke kabels van beide kabelbundels.

2- zet één draad in het "derde handje" en doe aan de soldeer bout een klein beetje tin.

3- houd de beide kabels tegen elkaar en verwarm de vertinde delen met de soldeer bout. Je zult zien dat de tin op de bout naar de draden zal vloeien. Denk erom dat bij solderen het toegevoegde materiaal altijd naar de warmste plaats zal vloeien. Dit geldt ook bij het (hard)solderen van plaatmateriaal.

4- laat de tin rustig afkoelen en kijk naar de verkleuring van de tin, wordt de tin dof van kleur verwarm de tin opnieuw. Een doffe kleur geeft namelijk aan dat het solderen niet goed gegaan is en de verbinding niet sterk zal zijn.

5- Is de tin goed afgekoeld schuif de krimpkous over de soldeerplaats en verwarm deze met de soldeerbout. Gebruik hiervoor niet de punt van de soldeerbout maar een plaats die iets minder warm is, anders zou de soldeerverbinding los kunnen gaan. Vaak gaat het ook met een goede warme fohn of een kleine vlam.

6- Als je alle drie de kabels gesoldeerd hebt dan kun je ter versteviging deze eventueel omwikkelen met isolatieband. Dit voorkomt dat een soldeerverbinding snel overbreekt, vaak breekt hij net naast de soldeerplaats.